Fernand Wéry


Exposition "Hommage à Fernand Wéry"  (1886 - 1964)

du 31 août au 22 septembre 2024

Vernissage: 7 septembre de 17 à 20h

 

F. Wéry, H s: panneau, 47 x 40
Le prestidigitateur - h:panneau 83 x 62 - 1955
les dahlias, h:panneau, 31 x23
Paysage au cavalier, Monotype - 42x54
Percheron, aquarelle, 37 x 40
Paysage au cavalier, Monotype, 42x54
previous arrow
next arrow
 
F. Wéry, H s: panneau, 47 x 40
Le prestidigitateur - h:panneau 83 x 62 - 1955
les dahlias, h:panneau, 31 x23
Paysage au cavalier, Monotype - 42x54
Percheron, aquarelle, 37 x 40
Paysage au cavalier, Monotype, 42x54
previous arrow
next arrow

Fernand Wéry

Cette exposition veut marquer le 60e anniversaire de la disparition de Fernand Wéry, artiste sincère, n’aimant ni les modes ni la fausse chanson, dont la grande humilité a trop longtemps occulté une très belle œuvre.

Entré à l’Académie de Bruxelles dès 1901 dans la classe de Constant Montald, Fernand Wéry eut comme condisciples Edgard Tytgat et Jan Brusselmans; plus tard il connaîtra aussi Rik Wouters comme ami et comparse  d’atelier.

Dès le printemps de son art, Wéry s’inscrit dans le post- impressionnisme européen, plus exactement dans ce qui sera plus tard identifié comme le Fauvisme brabançon; heureux de faire chanter les couleurs, d’opposer les tons frais, les verts tendres, le rose évanescent et le bleu pur (Paul Caso, 1989).

C’est aussi le Wéry des enfants, des nuances subtiles que l’on salue avec émotion dont Stephane Rey disait : son coloris était volontairement étouffé tout en nuance de miel et d’argile.

Libre dans sa technique comme dans sa pensée, Wéry préféra cultiver toutes ses amitiés parmi artistes et amateurs d’art de tous les horizons du pays. L’art de Fernand Wéry ne connaît pas de frontière,  ni dans le temps ni dans l’espace ; il préférait ajuster sa palette à la profondeur du sujet et maîtrisait aisément le passage de l’aquarelle d’un paysage aéré à la gravité sombre d’un portrait .

Peu friand de coteries ou de mouvements artistiques, Wéry fait pourtant apparaître le trèfle sous sa signature entre 1925 et 1934 environ; il ne faut y voir que la métamorphose personnelle des trois anneaux partagés par plusieurs artistes de l’époque pour figurer Les trois communautés du Brabant, de Flandre et de Wallonie.

Cette rétrospective - hommage illustre la diversité et les grandes tendances de l’Art de Fernand Wéry: on y retrouvera son goût pour le monde de l’enfance et des scènes intimistes mais aussi son talent pour brosser en quelques traits l’essentiel d’une nature morte ou d’un paysage familier.

R van Velthoven

Deze tentoonstelling heeft tot doel de 60e sterfdag te herdenken van Fernand Wéry, een oprechte kunstenaar, die noch van mode noch van valse liederen houdt, wiens grote nederigheid een heel mooi werk te lang aan het zicht heeft onttrokken.

Fernand Wéry ging in 1901 naar de Brusselse Academie in de klas van Constant Montald en had als klasgenoten Edgard Tytgat en Jan Brusselmans; later zou hij Rik Wouters ook kennen als vriend en werkplaatscollega.

Vanaf het begin van zijn kunst maakte Wéry deel uit van het Europese postimpressionisme, meer bepaald van wat later zou worden geïdentificeerd als het Brabantse fauvisme; blij om kleuren te laten zingen, om frisse tinten, zacht groen, vluchtig roze en puur blauw te contrasteren (Paul Caso, 1989).

Het is ook de Wéry van kinderen, subtiele nuances die we met emotie begroeten, waarvan Stephane Rey zei: de kleur werd opzettelijk gedempt met nuances van honing en klei.

Vrij in zijn techniek en in zijn gedachten, gaf Wéry er de voorkeur aan al zijn vriendschappen onder kunstenaars en kunstliefhebbers uit alle lagen van de bevolking van het land te cultiveren. De kunst van Fernand Wéry kent geen grenzen, noch in tijd, noch in ruimte; hij paste zijn palet het liefst aan de diepte van het onderwerp aan en beheerste gemakkelijk de overgang van aquarel van een luchtig landschap naar de donkere ernst van een portret.

Wéry was misschien  niet dol op kliekjes of artistieke stromingen, maar toch liet hij tussen ongeveer 1925 en 1934 de klaver onder zijn handtekening verschijnen; we zouden alleen de persoonlijke metamorfose moeten zien van de drie ringen die verschillende kunstenaars uit die tijd deelden om de drie gemeenschappen van Brabant, Vlaanderen en Wallonië te vertegenwoordigen.

Deze retrospectieve hommage illustreert de diversiteit en grote trends in de kunst van Fernand Wéry: we vinden er zijn voorliefde voor de wereld van de kindertijd en intieme taferelen, maar ook zijn talent om in enkele penseelstreken de essentie van een stilleven of een vertrouwd landschap aan te geven.

R van Velthoven

Monographie consacrée à cet artiste par Paul Caso et Marcel Duchateau a ét éditée en 1988 par "Les Amis de Fernand Wéry A.S.B.L.".